Home
Kennis en Economie
Recht en Veiligheid
Europa
   archief oktober 2006
archief september 2006
archief augustus 2006
archief juli 2006
achief juni 2006
archief mei 2006
archief april 2006
archief maart 2006
archief februari 2006
archief januari 2006
Nieuws en discussie
Archief Europa 2005
   archief december 2005
archief november 2005
archief oktober 2005
archief september 2005
archief augustus 2005
archief juli 2005
archief juni 2005
archief mei 2005
archief april 2005
archief maart 2005
archief februari 2005
archief januari 2005
Archief Europa 2004
Agenda van Europa
Links
Jihad vs McWorld
E-government
Nieuwe democratie
Columns
Politici
Overzicht thema`s
Verkiezingen
Tools
Het Belgenrapport
Nieuwsbrief
Colofon
Poldi.Net




Wim Kok gaat Europa verschralen
Steven de Jong Gepost:     donderdag, 22 april 2004, 10:00
Van:     < Steven de Jong >
URL:     < http://www.politiek-digitaal.nl/colofon/redactie >

De Europese Unie wil in 2010 de meest concurrerende kenniseconomie zijn. Nu het economisch tij tegenzit is Wim Kok gevraagd te adviseren over hoe deze doelstelling alsnog gehaald kan worden. Sociale afspraken staan bovenaan de schraplijst. De vraag is hoe schraal de oud-premier Europa wil gaan maken.

Tijdens de Europese Raad van Lissabon (maart 2000) heeft de Europese Unie (EU) zichzelf een strategisch doel gesteld. Tegen 2010 moet Europa de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie in de wereld zijn, in staat tot duurzame economische groei, met meer en betere banen en een hechtere sociale samenhang. De Europese Raad van Göteborg (juni 2001) voegde daar nog een milieudimensie aan toe en ijverde voor meer bescherming van bestaande sociale rechten, want zo wilden ook de milieubeweging en vakbonden: economische groei moet milieuvriendelijk zijn en in een sociaal vriendelijk klimaat plaatshebben. Een plechtige en nobele belofte van regeringsleiders die tot uitwerking kwam in het zogenaamde Lissabon-proces.

Sociale rechten zijn blok aan het been
Nu het economisch tij in veel lidstaten gekeerd is, blijkt dat er weinig terecht is gekomen van de tweehonderd criteria die de strategie van Lissabon telt. De groei stagneert, belangrijke sociale afspraken zijn niet nagekomen. Voornaamste verweer is dat het akkoord te ambitieus is, zich niet toespitst op kerntaken en daarom niet uit de verf komt. Dat werd dan ook de opdracht aan oud-premier Wim Kok, aan hem de taak om een groep experts te leiden die adviseert over de concurrentiekracht van de Unie. Om aan dit verzoek te voldoen zal Kok moeten snijden in de criteria, om tot een handzaam pakket van aanbevelingen te komen. Vrijwel zeker is dat bescherming van milieu en sociale rechten het af zullen leggen tegen centrale doelen als groei, concurrentiekracht en meer werkgelegenheid. De EU zal naar verwachting een meer neoliberale koers gaan varen, dan zij oorspronkelijk van plan was. Want in vergelijking met de VS is onze arbeidsproductiviteit lager, de werkloosheid hoger, het gemiddeld inkomen per werknemer lager en investeren we te weinig in onderzoek en ontwikkeling. De koppeling van economisch beleid aan duurzame ontwikkeling en sociale rechten, die verstevigd werd tijdens de Raad van Göteborg, wordt nu gezien als blok aan het been in het proces dat moet leiden tot de meest concurrerende kenniseconomie ter wereld.

Schuman-plan: economische integratie als middel, niet als doel
De focus op dit ideaal staat in schril contrast met het toekomstbeeld dat de EU bij haar oprichting in 1951, toen nog de Europese Gemeenschap voor Kolen en Staal, voor ogen stond. De Franse minister Robert Schuman benadrukte in zijn oprichtingsplan dat een productie-eenheid van kolen- en staal zal bijdragen aan "de verhoging van de levensstandaard en de vooruitgang van vreedzame verwezenlijkingen". Zijn model had in eerste instantie alleen betrekking op een verbond met Duitsland, maar zou openstaan voor en solidair zijn aan andere landen. De te vormen gemeenschap zou met de toegenomen middelen ook de situatie in onderontwikkelde regio's kunnen verbeteren. Zo zag Schuman de ontwikkeling van het Afrikaanse continent als meest essentiële taak van een verenigd Europa. Een “internationaal kartel met beperkende praktijken” voor aangrenzende landen wilde hij voorkomen. Schuman zag economische integratie en belangenversmelting als middel om scheve welvaartsverdelingen terug te dringen en een stabiele wereldorde tot stand te brengen. Zijn plan sloeg aan en binnen enkele jaren legde hij, met hulp van financiële steun uit de VS in de vorm van het Marshall-plan, de basis voor de Europese Unie van nu.

Krachtenveld rondom Kok
De Unie staat met de komende uitbreiding voor andere dilemma's dan in de na-oorlogse jaren. Een concurrerende economie staat hoger op het prioriteitenlijstje dan de “vreedzame verwezenlijkingen” van Schuman. Kok moet nu opereren in een krachtenveld waar lobby-organisaties, sociale bewegingen, vakbonden en politici over elkaar heen buitelen. Daarover ligt de schaduw van een onderhandelingsproces over de Europese Grondwet. Het verdrag moet Europa dichter bij haar burgers brengen. De Werkgroep Sociaal Europa pleit voor een sociale dimensie in de Grondwet, zodat alle burgers duidelijk kunnen herkennen dat Europa bijdraagt aan de verbetering van hun dagelijks leven. In het rechtse kamp wordt inmiddels het Amerikaanse sociale stelsel steeds minder als schrikbeeld, en steeds meer als boegbeeld gezien. Koks opdracht maakt deel uit van het plan tot ontwikkeling van een uniebreed geïntegreerd sociaal beleid, iets wat in de huidige lidstaten weerstand oproept. Er staan tenslotte acht voormalig Oostblok-landen voor de deur. Zij kennen meer armoede, meer werkloosheid en minder goed ontwikkelde pensioenstelsels dan de huidige unie. In veel lidstaten wordt de arbeidsmarkt op slot gedaan, door een in aller ijl in het leven geroepen “overgangsregeling”. Het is een reflex dat de opstelling van lidstaten karakteriseert: een toenemend draagvlakprobleem voor overkoepeled sociaal beleid, en daarmee ook een probleem wat betreft de legitimiteit. De vraag is hoe Kok deze factoren tegen elkaar afweegt en welk model hij gaat adviseren. Welke offers moeten er gebracht worden ten gunste van het economisch ideaal? Dat er verschraling gaat plaatsvinden van sociaal beleid is zeker, de vraag is hoe schraal Kok Europa wil gaan maken.


Koers wijzigen of houden?
Hoewel de EU nog steeds op de pijlers van Schuman rust, moeten we constateren dat de missie grondig is bijgesteld. Het doel is nu om in 2010 de meest concurrerende kenniseconomie van de wereld te zijn. Sociale waarden worden onderschreven, maar verdwijnen naar de achtergrond als het economisch tij keert. Dat uit zich niet alleen in de vorm van importheffingen en expertsubsidies, maar straks ook in de beperkingen die nieuwe lidstaten krijgen opgelegd als het gaat om “vrij verkeer van werknemers”. Hoewel de idealen van Schuman in het huidige tijdperk verouderd zijn, is het toch belangrijk te kijken naar de overeenkomsten. Oorlog binnen de grenzen van Europa tussen landen is welhaast onmogelijk, maar de constante religieuze en culturele spanningen kunnen de economie behoorlijk ontwrichten als zij ontaarden in aanslagen en conflicten. Zonder stabiele wereldorde, ook geen concurrerende en dynamische kenniseconomie. Als Wim Kok op 1 november rapporteert aan de Europese Commissie zal niet alleen blijken welke offers er daadwerkelijk gebracht moeten worden ten gunste van het economische ideaal, maar ook of de nagedachtenis van Schuman nog leeft.

Sociaal of liberaal Europa?
Een kleine geruststelling is dat het Europees Parlement stemmingen zal houden over het model dat Kok straks op tafel legt. Aan de europarlementariërs de keus of ze het over willen nemen of niet, en zo ja wat voor amendementen er nog tegenaan worden gegooid. Zetelverdeling tussen de politieke partijen speelt daarin een grote rol, iets waar 337,9 miljoen Europese burgers tussen 10 en 13 juni invloed op uit kunnen oefenen. Willen zij een sociaal-democratisch of een juist een liberaal Europa?